Marius en zijn vrouw Margot kunnen het beste worden beschreven als Odilia’s ‘burgermeesters’. Hun farm ‘Berghoff’ bevindt zich hoog op Porterville Mountain, Zuid-Afrika waar de familie al meer dan 50 jaar Protea’s verbouwd. Waarom Marius en Margot Odilia’s burgermeesters zijn? Ze runnen hun eigen empowerment project en bouwen aan een community op hun farm. We zijn erg benieuwd naar het verhaal achter Berghoff. We spraken mede-eigenaar Marius.
“Mijn schoonouders, Denis en Aleysia Shaw, hebben de farm in 1959 gekocht. In de jaren zestig/zeventig begonnen ze met het plukken van wilde Barbigera’s in de bergen van ‘Groot Winterhoek’. Echter, Protea’s die op een farm groeien en wilde Protea’s zijn twee verschillende dingen. Wilde Protea’s hebben vaak ziektes en schade van insecten, de stelen zijn gebogen en de bloemen zijn te ver geopend. Toch begonnen mijn schoonouders met het exporteren van die Protea’s naar Nederland en ontdekten dat er een markt voor de bloemen is. Uiteindelijk zijn ze de zaadjes van de wilde Protea’s gaan verzamelen en planten ze die op hun farm, Berghoff. Margot en ik namen de farm in 2007 over, maar daarvoor was ik ook al parttime bij de farm betrokken.
Naast Proteas verbouwen we ook ander Proteaceae zoals Leucospermum. We focussen ons op producten waarvan we weten die het goed doen op de markt en die uniek zijn voor Berghoff zoals de Protea ‘Barbigera’, ‘Snow Princess’, ‘Red Magic’, ‘Didi’ en onze nieuwste toevoeging ‘Nella’ en Leucospermum ‘Crimson’.”
“Zo’n 70% van onze arbeiders zijn geboren op Berghoff, het is daarom geen reguliere werkgever-werknemer relatie. Dit is een familie-farm en we zijn een gemeenschap. De mensen hier hebben partners, kinderen en huisdieren, die allemaal op Berghoff wonen. Margot investeert een groot deel van haar tijd in de gemeenschap. We hebben een basisschool op de farm en wanneer de kinderen naar de middelbare school gaan, rijden we ze naar de nabijgelegen stad, Piketberg. Wanneer mensen medische of juridische hulp nodig hebben, springt Margot bij en wanneer de huisdieren naar de dierenarts moeten, rijden we ze naar de stad toe. We zijn zoveel meer dan ‘alleen’ een farm.”
Als u een beetje bekend bent met de Zuid-Afrikaanse geschiedenis, dan weet u dat apartheid (segregatie) een groot deel van de geschiedenis is. In de jaren negentig is de overheid gestart met het kopen van landbouwgrond van de witte eigenaren en het her-distribueren dit land naar de zwarte bevolking, met de bedoeling de levensomstandigheden van de begunstigden te verbeteren. Echter is in de loop der jaren gebleken dat dit programma zelden tot de gewenste resultaten leidde, meestal door een gebrek aan steun aan de nieuwe landeigenaren. Berghoff heeft zijn eigen, succesvolle empowermentproject en hanteert een iets andere aanpak:
Marius legt uit; “Margot en ik willen iets tastbaars achterlaten – we zijn uiteindelijk alleen de beheerders van het land. Vijftien jaar geleden, hebben we ‘Mountain Dew’ opgericht, onze empowerment farm. Het behoort toe aan de arbeiders van Berghoff, we boeren met hen op Mountain Dew in een 50/50 joint venture. De mensen wonen op Berghoff en krijgen betaald om op onze farm te werken. Als ze op hun eigen farm, Mountain Dew, werken dan krijgen ze daar ook voor betaald. Bovendien krijgen ze hun deel van de winst van Mountain Dew.
Éen van de belangrijkste redenen waarom dit project een succes is, is omdat we nog steeds 50% van het landbouwbedrijf bezitten. Margot en ik hebben er een groot belang bij dat Mountain Dew succesvol is. Naar mijn mening, als je landbouwgrond neemt en gewoon aan mensen uitdeelt, is het gedoemd om te mislukken. Je hebt een agrarische of zakelijke achtergrond, opleiding of talent nodig om iets met het land te doen dat op de lange termijn succesvol zal zijn. Ik ben daarom bezig om de aandeelhouders te leren hoe ze een farm als een bedrijf kunnen laten runnen. Dat is voor mij ook één grote leerschool; een hoop werk en weinig financieel resultaat, maar het geeft ook een hoop voldoening. Uiteindelijk wil ik mijn aandeel in Mountain Dew terugbrengen tot 10%. De stakeholders moeten naar voren stappen en het management van de farm overnemen. Wanneer (als!) ik over 10 jaar met pension ga, hoop ik een succesvolle onderneming achter me te laten. Dat zou me meer dan gelukkig maken.